Nobele struikrover
In de buurt van Málaga is hij een volksheld: struikrover El Bizco de El Borje. Er doen nog altijd verhalen over hem de ronde. De kerker waar hij gevangen zat in de Venta van Alfarnatejo is een toeristische trekpleister. Ze hebben er overigens ook misschien wel de beste gazpachuelo van Andalusië, dus mocht je dol zijn op deze vissoep… Er zijn liederen over El Bizco geschreven en er is in El Borge zelfs een museum/hotel. Maar wie was de ‘nobele’ struikrover El Bizco?
De Venta van Alfernate waar El Bizco gevangen zat.
De Schele
Geboren in het dorpje El Borge op 2 september 1837, gestorven op 21 mei 1889. Zijn echte naam was Luis Muñoz García. De enige zoon van Ana en Luis. Zijn meest opvallende eigenschap was dat hij scheel was aan beide ogen. Vandaar zijn bijnaam bizco, oftewel ‘schele’. Volgens de overlevering was Bizco een grote dikke vent. Historici noemen hem een van de meest bloeddorstige, onbetrouwbare en perverse bandieten van zijn tijd. Waarom dan toch al die liefdevolle aandacht?
Bandoleros
In de Axarquía is veel te doen om de bandoleros nobles, oftewel de nobele bandieten. Volgens de overlevering stalen ze van de rijken en verdeelden ze dat onder de armen, net als Robin Hood. Of dat waar is…? Er is zelfs een Spaanse soap die Bandolera heet. In deze serie draait het om de mooie Sara die op zoek gaat naar avontuur en romantiek onder de bandoleros in Andalusië.
https://www.instagram.com/p/BBLADkEl96_/
Santa Hermandad
Op het Spaanse platteland was begin 19e eeuw nauwelijks politie. Er was La Santa Hermandad, de heilige Broederschap, die in Andalusië orde moest houden. Wegens gebrek aan geld en organisatie hadden zij niet de middelen om doeltreffend op te treden. Struikrovers konden lekker hun gang gaan in de uitgestrekte lege gebieden. Reizigers bedachten zich wel tien keer voordat ze de bergen in gingen. Als je vandaag door de Montes de Málaga rijdt kun je je ook nog zo voorstellen dat ze op de loer lagen. Jij in je postkoets, zij te paard, met pistolen en geen greintje mededogen….
El Bizco begon zijn bestaan als struikrover in zijn eentje. Zijn eerste misdaad was toen hij een man, die el Chirrîan heette, vermoordde in Alfarnate. Schijnbaar had el Chirrîan el Bizco er bijgelapt bij de lokale politie. Hierna sloot hij zich aan bij andere struikrovers met namen als Pepe el Portugués, Manuel Vertedor en El niño de Vega. Met zijn allen terroriseerden ze de bergen van La Axarquía.
Held of boef?
De meningen zijn altijd verdeeld. Is een bandolero een Robin Hood-achtige goedgemutste schelm die steelt van de rijken om aan de armen te geven? Of is het een moordzuchtige rover die alleen maar uit is voor zijn eigen gewin? In elk geval lieten deze mannen – en af en toe een vrouw! – zich niet onderdrukken door rijke landeigenaren. Dat is iets dat de lokale arme boeren heel erg aangesproken moet hebben, of ze hun gestolen schatten nou deelden of niet.
Een van de weinige bandoleras, Margareta Cisneros. Foto van het Museo del Bandolero
Museum
De burgemeester van El Borge is een enorme Bizco-fan. Hij maakte zich sterk voor een Bizco-hotel en zelfs -museum. Niet iedereen vond dat een goed idee. Zoals de Guardia Civil, de nationale politie van Spanje. Zij zien El Bizo puur als een boef die maar liefst 7 van hun collega’s vermoordde. Een museum ter verheerlijking van zo iemand, dat vonden ze niet door de beugel kunnen. De inwoners van El Borge lieten zich niet overtuigen. Hun eigen Robin Hood verdiende zijn eigen museum. Het is trouwens wel een geinig museum, met pistolen van toen en kunstwerken die weergeven hoe het er aan toe moet zijn gegaan. Nog meer bandoleros? In Ronda is het Museo del Bandolero.
https://www.instagram.com/p/BGwpjKWF92s/
Meer lezen:
The ‘noble bandit’ and the bandits of the nobles : brigandage and local community in nineteenth-century Andalusia – Henk Driessen
Bandolero Andaluz
Tekenfilmserie Bandolero
TVserie Bandolera
Leave a Reply